De Omgevingsvisie: wat hebben we daar nou eigenlijk aan?

Waar in Harderwijk en Hierden kunnen we straks wonen, werken, sporten en winkelen? Waar laten we al dat regenwater, hoe blijven we mobiel en hoe beschermen we de natuur? De Omgevingsvisie geeft antwoord op dit soort vragen. Tot en met 30 april  ligt het concept ter inzage. Een nieuw, groot en belangrijk document. Maar ook wat abstract. Want wat kun je daar als inwoner nou mee? Alle reden voor een gesprek met wethouder Marcel Companjen en beleidsmaker Henk Maas.

De Omgevingsvisie is een nieuwe term. Waar komt die naam vandaan?

Companjen: ‘Dat heeft te maken met de Omgevingswet die op 1 januari is ingegaan. Daar is in Den Haag jaren over gepraat. Eigenlijk kun je zeggen dat die Omgevingswet 26 bestaande wetten samenvoegt. Op allerlei gebied. Dus van bouwvoorschriften tot natuurwetgeving. Het doel is dat wet- en regelgeving beter op elkaar aansluit, want nu spreekt de ene wet de andere soms tegen. Kijk bijvoorbeeld naar slachterijen. Volgens de Voedsel- en Warenwet moet de vloer in een slachterij helemaal vlak zijn, zodat er geen bacteriën achterblijven. Terwijl de Arbowet juist voorschrijft dat de vloer geribbeld is, zodat een werknemer niet uitglijdt. Een ondernemer zegt dan: Okay, maar wat moet ik nu doen? De nieuwe wet moet die tegenstrijdigheden voorkomen, maar biedt ook de kans om andere zaken in Nederland beter te regelen.’

Om welke onderwerpen gaat dat?

Companjen: ‘Hoe we omgaan met onze woonruimte, bijvoorbeeld. Maar ook met ons omgevingsplan(voorheen bestemmingsplannen) en onze milieu- en natuurwetgeving. Alle discussie over stikstof, PFAS en asbest laat zien hoe belangrijk dat is. Veel hangt met elkaar samen, dus we moeten anders leren kijken.’

Wat lossen we daarmee op?

Companjen: ‘Je werkt toe naar meer eenduidigheid. Dus minder verschillen in regels en aanpak per wijk, bijvoorbeeld. Tegelijkertijd heb je per gebied met andere omstandigheden te maken. Voor de bouw van een nieuwe woning in een bosrijk gebied gelden andere regels dan in een woonwijk. Dat zal ook zo blijven. Voor de hele gemeente staat alles straks beschreven in een Omgevingsplan; dat is één plan waar alle bestaande bestemmingsplannen in opgaan. Dat vraagt om een visie voor het hele gebied. Waar blijft het zoals het is? Waar wil je bouwen of iets anders ontwikkelen? Dat staat allemaal op hoofdlijnen in de Omgevingsvisie. Die hebben we nu voor het eerst opgesteld en willen we jaarlijks gaan actualiseren.’

Companjen voegt daaraan toe: ‘Het werpt een blik op onze toekomst. Waar gaan we naartoe met onze stad, ons dorp en ons buitengebied? Op welke manier willen we samenleven? Vragen en opmerkingen daarover zijn in de afgelopen paar jaar in kaart gebracht. Bijna 550 inwoners hebben meegedacht. Dat gebeurde tijdens inloopbijeenkomsten en één-op-één gesprekken, maar ook via het online-stadsgesprek.’

Hoe ver kijkt de Omgevingsvisie vooruit?

Companjen: ‘Deze visie gaat tot en met 2040. Dus we wijzen bijvoorbeeld aan waar de komende vijftien jaar woningbouw mogelijk is. We zeggen niet: daar gaan we morgen direct bouwen. We spreken alleen een intentie uit. We willen dat ook per wijk nog wat breder aanpakken in gebiedsprogramma's, zoals we nu ook voor Hierden-Dorp een programma opstellen. Dan bekijk je samen met inwoners: wat is hier nu nodig? En dat doen we ook samen met belanghebbenden als woningbouwcorporaties, zorgorganisaties, winkeliers etc. Uiteindelijk bepaalt de gemeenteraad wat wordt opgenomen in het Omgevingsplan.’

Stelt de Omgevingsvisie ook eisen aan ontwikkelingen op een locatie?

Companjen: ‘Uiteraard! In de visie beschrijven we precies wat er belangrijk is voor een bepaald gebied. Hoe voorkom je bijvoorbeeld hittestress? Wat doe je voor de biodiversiteit? Wat willen we met klimaatadaptatie? Anders gezegd: gebruik je alleen beton op een plein, dan is het daar tien graden heter op een zonnige zomerdag. Dus hoe gaan we bomen inzetten die schaduw geven? Hoe gebruiken we planten om insecten aan te trekken? Hoe gaan we om met het vele regenwater bij een stortbui? Je moet dat met elkaar regelen. Daarom is voor de hele gemeentegrond  aangegeven wat de uitgangspunten zijn.’

En de bestaande bestemmingsplannen verdwijnen dus?

Companjen: ‘Ja en nee. In de gemeente Harderwijk hebben we er ruim honderd. Deze plannen zijn er nog wel, maar heten vanaf nu Omgevingsplan. We hebben tot 2032 gekregen om al deze plannen om te vormen tot één Omgevingsplan voor heel Harderwijk en Hierden.’

Wat zijn de belangrijkste aandachtsgebieden binnen die Omgevingsvisie?

Maas: ‘Je kunt grofweg drie grote onderwerpen benoemen waarvoor de visie aandacht vraagt. Dat zijn onderwerpen die zwaar meewegen bij de beoordeling van een aanvraag of ontwikkeling. Voorop komen de natuurlijke systemen, zoals de bodem, water, natuur en klimaat. Daar moet je in elke situatie rekening mee houden. Maar ook de wensen uit de samenleving vinden we belangrijk. Dat is het tweede aandachtsgebied. Onderwerpen als gezondheid en leefstijl, ontmoeting en verbinding, de hulp aan kwetsbare inwoners en aandacht voor bestaanszekerheid. Dus we zeggen: bij alle keuzes is het welbevinden van onze inwoners leidend.’

Hij vervolgt: ‘En als derde aandachtsgebied zegt de visie iets over hoe we die wensen en behoeften mogelijk willen maken. Dus breiden we wegen uit? Geven we fietsers en voetgangers meer ruimte? Kunnen er bedrijfspanden weg of moeten er juist meer komen? En ga zo maar door.’

Wat verandert er voor inwoners die bijvoorbeeld een bouwaanvraag indienen?

Companjen: ‘De Omgevingswet vraagt dat je beter om je heen kijkt wat jouw aanvraag voor impact heeft op de omgeving. Dat verschilt uiteraard per locatie. Bouw je in een woonwijk, dan zijn er andere richtlijnen dan op een bedrijventerrein. Maar we kijken dus niet zozeer naar de hoogte van het dak, maar bijvoorbeeld vooral of het plan bijdraagt aan een gezonde, leefbare buurt. De Omgevingswet wil dat je goed blijft nadenken over de impact en de manier waarop je samenleeft. Dus niet alleen de focus op bouwen, bouwen, bouwen.’

Wordt het indienen van een bouwaanvraag dan makkelijker of juist ingewikkelder?

Companjen: ‘Uiteindelijk gemakkelijker. Voorheen moest je soms langs tien loketten om een vergunning aan te vragen, nu kun je gewoon naar het Omgevingsloket in het Huis van de Stad. Of online alles regelen via de website van de gemeente. Dat is een stuk eenvoudiger. Maar eerlijk is eerlijk: we zitten nog in een overgangsperiode en voor iedereen is het wennen – voor inwoners, maar ook voor de gemeente zelf. We moeten dit met elkaar gaan leren. Vroeg of laat zullen we ook tegen een geschil aanlopen. Een rechter zal dan uitspraak doen. Dat vinden we als gemeente juist belangrijk, omdat we dan nog beter weten hoe we die keuzes het beste kunnen maken. Het is in die zin ook wel een spannende tijd.’

Maas vult aan: ‘De Omgevingswet legt het initiatief van ontwikkelingen veel meer neer bij de maatschappij. Als gemeente controleren we vooral of aan alle voorwaarden is voldaan. Dus als je iets - bijvoorbeeld een schuurtje - wilt bouwen, dan bekijk je aan de hand van de Omgevingsvisie eerst wat de visie van de gemeente is en wat het idee daarachter is. Er zijn uiteraard dan nog altijd regels in het omgevingsplan en bouwcriteria, maar je hebt ook met het belang van omwonenden te maken. Niet wij als gemeente bepalen zozeer wat goed of fout is, maar dat doet vooral de omgeving. Dus bij een aanvraag overleg je eerst met je buren, bijvoorbeeld.’

Biedt de gemeente ook hulp en uitleg bij de Omgevingsvisie?

Maas: ‘De visie staat als een digitaal boekwerk op onze website. Daar zit ook uitleg bij. Daarnaast kunnen mensen terecht bij het Omgevingsloket in de hal van het Huis van de Stad. Op de website van het 'Informatiepunt Leefomgeving' bij 'Regels op de kaart' kun je de visie ook vinden. We hebben Omgevingscoaches opgeleid die ter plekke vragen kunnen beantwoorden.’

Companjen: ‘Bij een online aanvraag volg je een stappenplan. Hoe verder je komt, hoe concreter het wordt. Op die manier kun je ook uitzoeken of je verplicht bent om een vergunning aan te vragen, bijvoorbeeld.’

Hij zegt tot slot: ‘Als overheid willen we niet tegenover, maar juist náást inwoners gaan staan. Ik hoop dat iedereen dat straks ook zo ervaart; dat we samen op weg zijn om Harderwijk en Hierden mooier, beter en gezonder te maken.’