Nationale dodenherdenking

Op begraafplaats Oostergaarde zijn de Nederlandse oorlogsslachtoffers herdacht die tijdens de Tweede Wereldoorlog zijn omgekomen. En de Nederlanders die zijn omgekomen in oorlogssituaties en bij vredesoperaties na de Tweede Wereldoorlog. Burgemeester Jeroen Joon hield een toespraak tijdens deze Nationale Herdenking. 

Toespraak: Vrijheid is van ons allemaal

'Beste aanwezigen en kijkers thuis, 

Dit jaar staan we stil bij 80 jaar vrijheid. Het is inmiddels 80 jaar geleden dat Nederland, en ook Harderwijk, door de geallieerden werd bevrijd. In Harderwijk waren het de Canadezen die op 18 april de Duisters definitief uit onze gemeente verdreven. Dat vieren we deze maanden met verschillende bijeenkomsten en evenementen. 

De oorlog was ten einde, maar daar hebben velen de hoogste prijs voor betaald. Vandaag staan we daarbij stil. Zijn we stil. En herdenken we alle dappere mannen en vrouwen die tijdens en na de Tweede Wereldoorlog hun leven gaven voor de vrede.

Vijf jaar lang was Nederland in oorlog en ging het gebukt onder onderdrukking. 80 jaar later zijn er nog maar weinig mensen die dit aan den lijve hebben meegemaakt. Wel hebben zij ons de verhalen verteld, voor zover ze dat konden. Het verhaal van de Tweede Wereldoorlog is een verhaal dat verteld moest worden, en dat we moeten blijven vertellen. Die opdracht ligt bij ons allemaal.

Terug naar toen, naar het jaar 1945. 80 jaar geleden. Nederland zat aan de radio gekluisterd, luisterend naar de voortgang van de bevrijding. Zou het dan eindelijk gebeuren? Na al die jaren van leed, ellende, honger en dood? De geallieerden trokken op. Kwamen steeds een stukje verder. Vrijheid, zou het echt nog bestaan? 

Op 18 april kwamen ze aan in onze stad, de Canadese bevrijders. Helden waren het. Nu, 80 jaar later, zijn de opgenomen beelden van de bevrijding van Harderwijk nog het tastbare bewijs van de emoties van die dag. We zien jonge Canadezen, vaak ver van huis. Uit empathie, vanuit een ongekend rechtvaardigheidsgevoel en misschien voor sommigen ook wel een beetje vanuit de hang naar avontuur vochten zij voor onze vrijheid. Vechtend voor zichzelf en voor een ander. Vechtend voor de kameraadschap en wederzijdse steun. 

Na de bevrijding bleef de vriendschap tussen de Nederlanders, Harderwijkers en Canadezen bestaan. Echte kameraadschap. Een vriendschap waar we op 18 en 19 april uitgebreid bij stil hebben gestaan. Exact 80 jaar nadat we onze vrijheid terugkregen, hier in Harderwijk. 

We stonden daar weer net als toen, schouder aan schouder. Breed lachend in de zon. In mijn hoofd de zwart-wit beelden van destijds: uitgelaten kinderen die de tanks beklimmen. Juichende mannen, de vuisten gebald in de lucht. Meisjes en vrouwen, dansend om de stoet aan legervoertuigen. Terwijl stoere Canadese militairen vanaf hun wagens en tanks sigaretten en chocolade uitdelen. Vreemden die elkaar vriendschappelijk op de schouders slaan en omhelzen. Het rood-wit-blauw kwam uit alle hoeken en gaten tevoorschijn. Er was lucht. Er was licht. We hadden onze vrijheid terug. Eindelijk.

Maar hoe is dat nu? Snappen we nog altijd wat die vrijheid waard is? Voelen we dezelfde onderlinge verbondenheid nog? 

We zien dagelijks oorlogen voorbij komen. Op televisie, in de krant en online. Er is oorlogsdreiging binnen Europa, die ook voelbaar is binnen Nederland. Wat doet oorlog met mensen? En hoe reageren we er nu op?

De maandelijkse sirene op maandagochtend. Jarenlang was het voor de meeste Nederlanders misschien niet meer dan een gegeven. Dat geldt vaak niet voor mensen die oorlog zelf hebben meegemaakt. Zij krimpen nog altijd ineen bij het horen van dat dreigende alarm. Het geluid van gevaar. Een lichaam dat automatisch en ongewild een stressreactie afgeeft. Een geest die meteen op scherp staat. 

Je merkt dat er ook in onze samenleving momenteel iets verandert. Ik hoor het om me heen en merk het bij mezelf. Die sirene, die klinkt nu ook voor mij dreigender. Als er een straaljager overvliegt, vraag ik me af waarom. En als de stroom even uitvalt, of mijn internet hapert, vraag ik me af of het een cyberaanval is. 

Meer dan ooit voelen we sinds 1945 weer de oorlogsdreiging.

Zijn we weerbaar genoeg? En dan doel ik niet alleen in fysieke zin als het al zover is, of we een noodpakket in huis hebben en weten hoe we moeten handelen als voorzieningen uitvallen. Maar mijn vraag is ook: zijn we ook weerbaar genoeg in mentale zin? Zijn we bestand tegen een nieuw conflict? Want ook dat begint bij ons. Al voelen we ons misschien machteloos, we zijn het niet. Echt niet.

Zijn we verdraagzaam, accepteren we een andere mening en elkaars verschillen? Kunnen we tegen kritiek of een weerwoord, zonder dat we daar meteen ruzie over krijgen, of een strijd van maken? Want juist daar maken we het verschil; aan de voorkant. 

Velen praten vanuit de overtuiging gelijk te hebben, maar veel belangrijker is het om te luisteren naar de mening van anderen. Daar leren we van, daar groeien we van. En nee, we hoeven het niet altijd eens te worden. Maar laten we discussies open en respectvol houden. En ons ook niet achter anonimiteit verschuilen zowel op social media als in huis-aan-huis brieven. Want dát is waar het begint. Daar ligt onze eigen verantwoordelijkheid.

Vrede en veiligheid blijven actuele thema’s. Alhoewel ze de afgelopen decennia steeds comfortabeler gingen voelen, misschien zelfs normaal waren, was dat elders in de wereld vaak niet zo. In Gaza, Soedan, Afghanistan, Syrië, Congo, Myanmar en in vele andere conflictgebieden, kent men dat comfort niet. Daar is vrede helaas niet normaal.

En sinds de Russen begin 2022 Oekraïne zijn binnengevallen, merken we allemaal dat ook ónze veiligheid, en de vrede hier in Europa, onder druk staan. Ineens lijkt oorlog dichterbij dan het in 80 jaar is geweest. Een extra reden om onze vrijheid te koesteren.

We zijn het aan al die slachtoffers van eerdere oorlogen verplicht, en in het bijzonder aan die van de Tweede Wereldoorlog, om onze verantwoordelijkheid te nemen als het gaat om die vrijheid. Want het is niet vanzelfsprekend. We moeten allemaal bereid zijn om eraan te werken. Het begint bij onszelf.

Kijkend naar de wereld van nu, naar onze maatschappij, zien we strijd en oorlog op alle niveaus. En dat start meestal niet met een knal. Het sluipt erin. De Tweede Wereldoorlog begon immers ook niet met concentratiekampen en gaskamers. Daar ging een ander tijdperk aan vooraf. 

Het begint met het verdelen van mensen, van groepen. We gaan naar elkaar wijzen bij problemen: Jouw schuld, hun schuld. 

Als we om ons heen kijken, zien we dat de samenleving verhardt, individualiseert en meer en meer verdeeld raakt. Dat is niet iets wat spontaan gebeurt. Dat begint bij ons. Bij u en bij mij. Maar waar het begint, kan het ook eindigen. Ik pleit daarom vandaag voor verdraagzaamheid, voor wederzijds respect en bovenal, voor menselijkheid. We zijn immers allemaal mens. Passanten op deze aarde. Met allemaal dezelfde basisbehoeften: een dak boven ons hoofd, eten en drinken, familie, vrienden, liefde. Vrijheid en veiligheid. 

Vrijheid stopt daar waar vrijheden worden beperkt. Als je je niet meer vrij voelt om te spreken. Als je niet meer durft te zeggen wat je denkt. Als je niet meer mag voelen wat je voelt. En als je er niet meer mag zijn, enkel en alleen om wie je bent, wat je gelooft, wie je liefhebt of waar je vandaan komt. 

Vrijheid is niet alleen van jou of mij. Het is van ons samen. En vrijheid betekent niets als het niet voor iedereen geldt. Het delen van vrijheid betekent dat we elkaars rechten en ruimte respecteren. Dat is niet ‘links’, ‘slap’ of ‘woke’; dat is de essentie.

Dat geldt ook voor onze relaties, in de breedste zin van het woord. In relaties is vrijheid elkaar de ruimte geven om te groeien en keuzes te maken, met respect voor elkaars grenzen. Dit houdt in dat je zowel je eigen vrijheid bewaakt als die van de ander. Of het nu gaat om je partner, je ouders, je kinderen, je buren, je vrienden of je collega’s. We zijn niet allemaal hetzelfde. En dat is maar goed ook. Want juist in de onderlinge verschillen schuilt onze kracht. We zijn niet allemaal hetzelfde, maar we zijn wel allemaal gelijk.

Het delen van vrijheid is ook het helpen van elkaar in moeilijke tijden. Omzien naar elkaar. Opkomen voor elkaar. En ons niet uit elkaar laten spelen door de hardste schreeuwers, de populisten, de wegkijkers en de verongelijkten. 

We zijn dus niet volledig machteloos. De wereld is niet zwart-wit, niet enkel links of rechts. Er is een hele grote groep mensen die zich niet mengt in discussies of conflict. Het zogenaamde stille midden. En juist dáár zit onze kracht en de verbinding. Juist vandaag doe ik daarom een beroep op u, als u zich onder die groep schaart. Spreek u uit. Bied de nuance in de discussies die woeden. Wees de stem voor mensen die zelf geen stem hebben, niet gehoord worden of overschreeuwd raken. Dat vraag ik u vandaag. Om u uit te spreken. Niet in harde woorden, maar met milde wijsheid. Voor saamhorigheid, gelijkheid en solidariteit. Om te verbinden, niet te verdelen. Dat is wat de vrijheidsstrijders van toen voor ogen hadden. In dat vertrouwen kwamen zij ons redden.

Laten we alsjeblieft leren van de geschiedenis. Herdenken om niet te vergeten en vieren om de vrijheid te koesteren. Dat zijn we aan al die jonge levens verschuldigd die we vandaag hier gedenken. Juist nu. 

Met open armen en open geest.'